Balans en toelichting
Balans en toelichting
Activa
Activa (voor bestemming van het gerealiseerde resultaat)
(bedragen x € 1.000) | ||||
31-12-15 | 31-12-16 | |||
Vaste activa | 664.436 | 687.064 | ||
B01 | Immateriële vaste activa | - | 113.802 | |
Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief | - | 306 | ||
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | - | 113.496 | ||
B02 | Materiële vaste activa | 510.527 | 525.571 | |
Investeringen met een economisch nut | 435.086 | 451.100 | ||
Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven | 75.441 | 73.897 | ||
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut | - | 574 | ||
B03 | Financiële vaste activa | 153.909 | 47.691 | |
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen | 7.909 | 7.909 | ||
Leningen aan woningbouw corporaties | 25.241 | 23.282 | ||
Overige langlopende leningen | 17.447 | 16.459 | ||
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | 14.049 | 16 | ||
Overige financiële vaste activa | 25 | 25 | ||
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 89.238 | - | ||
Vlottende activa | 241.598 | 200.208 | ||
B31 | Voorraden | 142.358 | 110.633 | |
Grond- en hulpstoffen | 18.095 | 46 | ||
Onderhanden werk | 110.263 | 104.051 | ||
Gereed product en handelsgoederen | 14.000 | 6.536 | ||
B11 | Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | 80.920 | 69.901 | |
Vorderingen op openbare lichamen | 42.052 | 40.888 | ||
Rekening-courantverhoudingen met niet-financiële instellingen | 1.327 | 1.167 | ||
Overige vorderingen | 37.523 | 27.841 | ||
Overige uitzettingen | 18 | 5 | ||
B12 | Liquide middelen | 103 | 109 | |
Kassaldi | 91 | 89 | ||
Overige liquide middelen | 12 | 20 | ||
B21 | Overlopende activa | 18.217 | 19.565 | |
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen van: | ||||
| - | - | ||
| 2.723 | 2.469 | ||
| 4.502 | 4.162 | ||
Overige nog te ontvangen bedragen en de vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen | 10.992 | 12.934 | ||
TOTAAL ACTIVA | 906.034 | 887.272 |
Recht op verliescompensatie krachtens de wet Vpb 1969 nihil.
Balans en toelichting
Passiva
(bedragen x € 1.000) | |||
31-12-15 | 31-12-16 | ||
Vaste passiva | 720.774 | 617.415 | |
B04 | Eigen vermogen | 238.668 | 184.781 |
Algemene reserve | 87.545 | 97.233 | |
Bestemmingsreserves | 135.267 | 107.189 | |
Het gerealiseerd resultaat volgend uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening | 15.856 | -19.641 | |
B05 | Voorzieningen | 65.536 | 56.445 |
B06 | Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | 416.570 | 435.189 |
Onderhandse leningen van: | |||
- binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen | 1.437 | 1.105 | |
- binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 332.804 | 353.378 | |
- openbare lichamen | 31.686 | 31.460 | |
- buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en | 48.600 | 48.600 | |
Door derden belegde gelden | 1.377 | - | |
Waarborgsommen | 607 | 630 | |
Overige vaste schulden | 59 | 16 | |
Vlottende passiva | 185.260 | 210.857 | |
B13 | Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | 88.853 | 119.066 |
Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen | 15.000 | 12.000 | |
Overige kasgeldleningen | 27.000 | 50.000 | |
Banksaldi | 2.746 | 3.350 | |
Overige schulden | 44.107 | 53.716 | |
B22 | Overlopende passiva | 96.407 | 91.791 |
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen. | 49.713 | 49.659 | |
De voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, ontvangen van : | |||
| 78 | 40 | |
| 27.612 | 35.892 | |
| 16.604 | 2.134 | |
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen. | 2.400 | 4.066 | |
TOTAAL PASSIVA | 906.034 | 887.272 | |
Totaalbedrag waartoe aan natuurlijke en rechtspersonen borgstellingen of garantstellingen zijn verstrekt. | 28.031 | 17.851 |
Balans en toelichting
Toelichting balans
Grondslagen voor resultaatbepaling en waardering
Inleiding
De jaarrekening bestaat uit het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening met toelichting en de balans met toelichting. De jaarrekening is opgesteld conform de op 1 januari 2004 in werking getreden wettelijke voorschriften en alle wijzigingen daarin tot en met 31 december 2016 zoals vastgelegd in het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, alsmede de verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad op d.d. 15 december 2015 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.
De financiële verordening 2017 is vastgesteld in de raadsvergadering van 11 april 2017.
Grondslagen voor resultaatbepaling
Voor de resultaatbepaling is conform het Besluit Begroting en Verantwoording het gemodificeerde stelsel van baten en lasten gehanteerd. Dat wil zeggen dat de baten en lasten zijn toegerekend naar het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Verplichtingen c.q. risico’s zoals bijvoorbeeld vakantiegelden en pensioen-wachtgeldverplichtingen en dergelijke welke een jaarlijks gelijkblijvend volume kennen en in de (meerjaren)begroting worden afgedekt zijn hier een uitzondering op. Deze posten worden toegerekend aan het jaar waarin ze zijn uitbetaald.
Afschrijving heeft plaatsgevonden op basis van de lineaire methode. Voor de investeringen ten behoeve van de afvalinzameling, parkeergarage KBC, biomassacentrales, krachtsportcentrum Tongelreep alsmede de nieuwbouw van de Effenaar, Parktheater en Dynamo is de annuïtaire methode gehanteerd.
De afschrijvingspercentages zijn gebaseerd op de verwachte levensduur. Voor de diverse soorten van activa zijn per soort afschrijvingspercentages vastgesteld. Afschrijvingen geschieden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Op grond is niet afgeschreven. Indien de waarde van een actief duurzaam vermindert in enig jaar, is deze waardevermindering onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen.
Grondslagen van waardering
Met ingang van 1 januari 2004 is het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) van kracht. De grondslagen en waardering, zoals binnen de gemeente Eindhoven gehanteerd, voldoen aan dit besluit inclusief alle daarin aangebrachte wijzigingen tot en met december 2016. Waardeverminderingen worden op het actief zelf in mindering gebracht.
Indien een actief buiten gebruik is gesteld, is deze afgewaardeerd indien de restwaarde lager is dan de boekwaarde. De opbrengstwaarde van een actief dat buiten gebruik is gesteld is niet in mindering gebracht op een nieuw aan te schaffen actief, maar is als incidentele bate verantwoord. Er is niet langer afgeschreven dan de vooraf vastgestelde termijn en niet verder dan dat de boekwaarde nihil is.
De grondslagen per balanspost worden aldaar toegelicht.
Stelselwijziging
Bij de gemeente Eindhoven hebben de volgende stelselwijzigingen plaatsgevonden:
- Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut (bijvoorbeeld wegen). Volgens de nieuwe BBV-regelgeving moeten deze investeringen met ingang van 2017 worden geactiveerd, echter gemeente Eindhoven heeft er voor gekozen om deze met ingang van 2016 te activeren. Dit betreffen de nieuwe projecten vanaf 2016. Meerjarige projecten met aanvang voor 2016 worden nog ten laste van de exploitatie gebracht.
- De zgn. NIEGG zijn op basis van de nieuwe BBV naar materieel vast actief overgeboekt.
- Investeringen in activa van derden zijn op basis van de BBV overgeboekt naar Immaterieel vast actief.
De immateriële activa bestaan uit bijdragen aan activa in eigendom van derden en kosten van onderzoek en ontwikkeling die beiden geactiveerd worden.
Bij de materiële vaste activa wordt een onderscheid gemaakt in investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut, investeringen met een economisch nut en materiële vaste activa economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
- Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut (bijvoorbeeld wegen). Volgens de nieuwe BBV-regelgeving moeten deze investeringen met ingang van 2017 worden geactiveerd, echter gemeente Eindhoven heeft er voor gekozen om deze met ingang van 2016 te activeren.
- Investeringen met een economisch nut (bijvoorbeeld gronden, gebouwen en vervoermiddelen):
Deze activa zijn verhandelbaar en/of kunnen bijdragen tot het genereren van middelen. Ze worden geactiveerd voor het bedrag van de investering, het zogenaamde bruto-activeren. Aftrek van eigen middelen (reserves) is niet toegestaan. Bijdragen van derden welke in directe relatie staan met het activum worden wel in mindering gebracht (netto-variant).
- Investeringen in materiële vaste activa waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. Dit zijn bijvoorbeeld investeringen in rioleringen, begraafplaatsen en afval.
Niet geactiveerd worden:
- BTW op activa indien deze compensabel is volgens de Wet op het BTW-compensatiefonds;
- Kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde;
- Tekorten;
- Activa met een verkrijgingsprijs minder dan € 10.000,- (met uitzondering van gronden en terreinen, deze worden altijd geactiveerd);
- Activa met een levensduur van maximaal twee jaar.
Waardering van de geactiveerde materiële vaste activa geschiedt op basis van de verkrijgingsprijs (inkoopprijs vermeerderd met de kosten van grond- en hulpstoffen, overige kosten die direct aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend, een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het activum kan worden toegerekend) verminderd met de berekende afschrijvingen en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen.
Voor in erfpacht uitgegeven gronden geldt bij wijze van uitzondering de uitgifteprijs van eerste uitgifte als in aanmerking te nemen verkrijgingsprijs. Gronden waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, worden gewaardeerd tegen zogenaamde registratiewaarde. Dit omdat het economisch eigendom in dit geval niet meer bij de erfpachter berust.
Financiële vaste activa staan tegen de verkrijgingsprijs gewaardeerd verminderd met de jaarlijkse aflossingen en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Deelnemingen worden wel tegen de marktwaarde gewaardeerd indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgingsprijs.
Specificatie per balansrekening - Vaste activa
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de vaste activa over het jaar 2016.
Omschrijving | Boekwaarde 31-12-2015 | Herrubricering a.g.v. ver-nieuwing BBV | Boekwaarde 01-01-2016 | Investeringen | Desinves-teringen | Afschrijving /aflossing | Bijdragen van derden | Mutatie in voorziening MVA | Boekwaarde 31-12-2016 |
VASTE ACTIVA | 664.435.624 | 18.056.062 | 682.491.686 | 69.601.649 | 380.120 | 38.298.863 | 16.299.178 | 10.050.963 | 687.064.211 |
Immateriële vaste act | - | 97.072.898 | 97.072.898 | 19.106.811 | - | 2.377.643 | - | - | 113.802.066 |
Gronden en terreinen | - | 5.605.218 | 5.605.218 | - | - | - | - | - | 5.605.218 |
Bedrijfsgebouwen | - | 91.467.680 | 91.467.680 | 18.800.599 | - | 2.377.643 | - | - | 107.890.636 |
Overig | - | - | - | 306.212 | - | - | - | - | 306.212 |
Materiële vaste activa | 510.526.143 | 10.221.278 | 520.747.421 | 50.494.838 | 172.531 | 19.148.194 | 16.299.178 | 10.050.963 | 525.571.393 |
Gronden en terreinen (ecxl. erfpachtsgronden) | 39.082.549 | 18.744.518 | 57.827.067 | 5.535.854 | 57.637 | - | - | - | 63.305.284 |
Voorziening waardevermindering voorraad gronden | - | -688.456 | -688.456 | - | - | - | - | 4.200.000 | -4.888.456 |
Erfpachtsgronden | 50.155.445 | - | 50.155.445 | - | - | - | - | - | 50.155.445 |
Strategische grondverwerving | 35.926.085 | - | 35.926.085 | - | - | - | - | - | 35.926.085 |
Gronden en terreinen | 15.424.068 | -801.731 | 14.622.337 | 1.705.607 | - | 1.028.275 | 990.000 | - | 14.309.669 |
Woonruimten | 249.970 | - | 249.970 | - | - | 15.489 | - | - | 234.481 |
Bedrijfsgebouwen | 247.136.849 | -6.515.056 | 240.621.793 | 20.367.864 | 91.955 | 9.840.780 | 2.827.300 | - | 248.229.623 |
Voorziening waarde vermindering MVA (excl. voorziening waardevermindering vrd gronden) | -4.103.601 | - | -4.103.601 | - | - | - | - | 5.850.963 | -9.954.564 |
Grond-, weg-, waterbouwkundige werken 1 | 75.440.099 | - | 75.440.099 | 11.913.878 | - | 1.542.662 | 11.913.878 | - | 73.897.437 |
Investeringen in openbare ruimte met een maatschappelijk nut | 573.677 | 573.677 | |||||||
Vervoermiddelen | 1.183.725 | - | 1.183.725 | 375.138 | - | 155.655 | - | - | 1.403.208 |
Machines, apparaten en installaties | 49.978.922 | -517.997 | 49.460.925 | 10.007.965 | 22.939 | 6.560.130 | 568.000 | - | 52.317.821 |
Overige materiële vaste activa | 52.031 | - | 52.031 | 14.855 | - | 5.203 | - | - | 61.683 |
Financiële vaste activa | 153.909.481 | -89.238.114 | 64.671.367 | - | 207.589 | 16.773.026 | - | - | 47.690.752 |
Kapitaalverstrekking aan deelnemingen | 7.908.601 | - | 7.908.601 | - | - | - | - | - | 7.908.601 |
Leningen aan woningbouwcorporaties | 25.241.579 | - | 25.241.579 | - | - | 1.959.131 | - | - | 23.282.448 |
Overige langlopende leningen 2 | 17.446.949 | - | 17.446.949 | - | 207.589 | 780.767 | - | - | 16.458.593 |
Overige uitzettingen | 14.049.238 | - | 14.049.238 | - | - | 14.033.128 | - | - | 16.110 |
Betaalde waarborgsommen | 25.000 | - | 25.000 | - | - | - | - | - | 25.000 |
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 89.238.114 | -89.238.114 | - | - | - | - | - | - | - |
De balans per 31-12-2015 is aangepast voor de bijdrage aan derden, IC scholen (89 miljoen). Deze zijn conform BBV-voorschrift opgenomen onder de financiële vaste activa (in plaats van materiële vaste activa).
Als gevolg van vernieuwing van de BBV zijn diverse categorieën geherrubriceerd per 1 januari 2016:
- Gronden en terreinen, bedrijfsgebouwen en machines, apparaten en installaties niet in eigendom van de gemeente Eindhoven zijn gepositioneerd onder de immateriële activa.
Daarnaast zijn de voorraad gronden (€ 18.056.062) overgeheveld. Hierin is voor € 1,6 miljoen aan “Niet in exploitatie genomen gronden” opgenomen. De boekwaarde hiervan is in 2016 gelijk gebleven.
1 Materiële vaste activa in economisch nut waarvoor ten bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.
2 Voor de afdekking van het risico met betrekking tot de verstrekte leningen aan derden is een voorziening gevormd.
In deze voorziening is ook het risico met betrekking tot de gewaarborgde geldleningen (niet uit de balans blijkende verplichtingen) verwerkt.
De hoogte van deze voorziening ultimo 2016 is € 1,3 miljoen.
Stille reserve
De kunstvoorwerpen van het Van Abbemuseum met een cultuurhistorische waarde zijn niet in de balans opgenomen (de verzekerde waarde per 31 december 2016, inclusief bruiklenen, bedraagt circa € 151,5 miljoen). Tevens is sprake van een stille reserve (opbrengstwaarde is hoger dan de boekwaarde) met betrekking tot niet bedrijfsgebonden activa (zoals woningen en diverse overige eigendommen) van € 9,7 miljoen.
Investeringen
De investeringen in de vaste activa in 2016 bedragen per saldo € 63,8 miljoen.
Dit bedrag wordt gevormd door een groot aantal mutaties van welke hierna een beperkte opsomming volgt.
- Investeringen in bedrijfsgebouwen (scholen): Avignonlaan (€ 12,3 miljoen), Venetiëstraat (€ 3,1 miljoen)
- Investeringen in bedrijfsgebouwen (overig): Von Flotowlaan 1 (€ 7,9 miljoen), van Wassenhovestraat 26 (€ 6,6 miljoen), hockeyaccommodatie Gennerperparken (€ 2 miljoen).
- Investeringen in gronden en terreinen: Von Flotowlaan 1 (€ 3,3 miljoen).
- Investeringen in grond-, weg- en waterbouw: rioleringen (€ 11,3 miljoen).
Kapitaalverstrekking aan derden
Hieronder wordt een overzicht gegeven van de aandelen in gemeenschappelijke regelingen en deelnemingen:
(bedragen in euro’s) | ||||
Boekwaarde | Boekwaarde | Verschil | Omvang | |
Totaal deelnemingen | 7.908.601 | 7.908.601 | ||
Specificatie | ||||
Muziekgebouw Eindhoven N.V. | 45.378 | 45.378 | 0 | 100 % |
Af> voorz. Afwaardering Muziekgebouw*) | -45.378 | -45.378 | 0 | |
Parktheater Eindhoven N.V. | 45.378 | 45.378 | 0 | 100 % |
Meerderheidsdeelneming in nom kapitaal | 45.378 | 45.378 | 0 | |
Enexis Holding N.V. (voorheen Essent) | 11.345 | 11.345 | 0 | 0,02 % |
Eindhoven Airport N.V. | 555.881 | 555.881 | 0 | 24,5 % |
Twice Eindhoven B.V. | 112.500 | 112.500 | 0 | 20,0 % |
N.V. Brainport Development | 6.843 | 6.843 | 0 | 14,52 % |
BNG N.V. | 429.000 | 429.000 | 0 | 0,30 % |
Park Strijp C.V.**) | 800.000 | 800.000 | 0 | 50,0 % |
Park Strijp Beheer B.V.**) | 0 | 0 | 0 | 50,0 % |
Breedband Regio Eindhoven B.V. | 1.278.615 | 1.278.615 | 0 | 30,7 % |
Minderheidsdeelneming in nom kapitaal | 3.194.183 | 3.194.183 | 0 | |
Flight Forum BV/CV (035-09-13) | 4.669.039 | 4.669.039 | 50,9 % |
*) Vanwege de financiële positie van het Muziekgebouw is het aandelenpakket van het Muziekgebouw afgewaardeerd tot op nihil.
**) Ondanks dat de directie verdere optimaliseringsmogelijkheden ziet, en er bovendien op voorspraak van de aandeelhouders een verkooponderzoek voor de entiteit PSE is opgestart, is ultimo 2014 sprake van een negatief eigen vermogen bij Park Strijp Energy (PSE), een opgerichte entiteit door Park Strijp CV. Als gevolg hiervan is een voorziening ten laste van het aandelenvermogen van de aandeelhouders gevormd door PSE met als consequentie dat de waarde van het aandelenvermogen met ruim €400.000 daalt. Per commanditaire vennoot daalt derhalve de waarde van het aandelenkapitaal met €210.000.
Leningen aan woningbouwcorporaties
Van de aan woningbouwcorporaties verstrekte leningen (€ 23,3 miljoen) is ca.de helft ondergebracht bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Het WSW staat garant indien een woningbouwcorporatie in gebreke blijft met betrekking tot rente- en aflossingsverplichtingen.
Overige langlopende leningen
De grootste langlopende lening betreft een lening van € 11,9 miljoen aan Park Strijp CV. Dit betreft een achtergestelde lening ten opzichte van de externe financier.
Aan het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting is de uitvoering uitbesteed voor activiteiten waarbij de gemeente Eindhoven leningen (€ 5,1 miljoen) verstrekt ten behoeve van onder andere starters op de woningmarkt en duurzaamheid (energie beperkende maatregelen).
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van langer dan één jaar
De gehele beleggingsportefeuille staat tegen nominale waarde op de balans. De hoofdsom van de beleggingen is gegarandeerd op het einde van de looptijd.
In 2016 is het laatst garantiebeleggingsproduct (€ 14 miljoen) afgelost.
Resteert een belegging ter dekking van uit te keren subsidies op termijn waarop in 2016 € 33.000,-- is vrijgevallen.
Specificatie per balansrekening - Vlottende activa
Voorraden
Grondslag voor waardering
Voorradenworden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met eventuele voorzieningen voor incourant en verlieslatende projecten. Indien de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs dient de marktwaarde als waardering te worden gebruikt (ook onder vermindering van eventuele voorzieningen voor incourant).
Lopende grondexploitaties worden op de balans opgenomen als onderhanden werk.
Niet in exploitatie genomen bouwgronden en strategische verwervingen
In de voorraden waren ultimo 2015 nog begrepen de “nog niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG)” en ”strategische verwervingen” van het Grondbedrijf. In verband met wijziging van wetgeving BBV zijn deze bouwgronden met een boekwaarde van € 1,6 miljoen (NIEGG) en € 1,7 miljoen (strategische verwervingen) in 2016 geherrubriceerd en opgenomen onder materiële vaste activa. Een eerder gevormde voorziening van € 0,7 miljoen ter dekking van mogelijke verliezen inzake deze bouwgronden is eveneens mee overgeheveld naar materiële vaste activa.
Overige grond- en hulpstoffen
Ook voor deze balanspost heeft in 2016 in verband met wijzigingen in BBV-regelgeving een herrubricering plaatsgevonden. Gronden waar in de nabije toekomst geen ontwikkeling voor wordt voorzien (boekwaarde € 15,5 miljoen) zijn overgeheveld naar de balanscategorie materiële vaste activa. Het resterende gedeelte op deze balanspost betreft drukwerk en emballage.
Onderhanden werk
De balanspost ‘Onderhanden werk’ heeft per ultimo 2016 een saldo van € 104,1 miljoen.
Binnen deze post zijn onder andere begrepen de in exploitatie genomen gronden. De boekwaarde hiervan bedroeg ultimo 2015 € 112,6 miljoen. In verband met wijzigingen in BBV-regelgeving heeft op dit onderdeel een herrubricering plaatsgevonden. De kostenverhaalsprojecten, zijnde projecten waarbij het particulieren mogelijk wordt gemaakt om grond te exploiteren en waarbij de gemeentelijke kosten op de particuliere exploitant worden verhaald, zijn voor € 1,4 miljoen, overgeheveld naar de balanscategorie overige overlopende passiva en voor € 1,2 miljoen naar de balanscategorie overige overlopende activa.
Hierna resteren op deze balanspost de grondexploitaties waarbij de gemeente de in bezit zijnde grond en (eventueel) aanwezige opstallen omvormt naar bouwrijpe grond, met als oogmerk (opnieuw) te worden bebouwd.
Ultimo 2016 was de boekwaarde van deze grondexploitaties € 107,2 miljoen (dit voor aftrek van voorziening verliesgevende planexploitaties) en is in totaal met € 5,6 miljoen afgenomen. Dit wordt veroorzaakt doordat bij diverse grondexploitaties de boekwaarde van de in eerdere jaren gemaakte kosten (bijvoorbeeld voor bouw- en woonrijp maken van de grond) is afgenomen door het realiseren van opbrengsten door verkoop van kavels en overige grondverkopen.
In de prospecties (toekomstige opbrengsten) voor diverse grondexploitaties zijn een aantal verliesgevende exploitaties naar voren gekomen. Hiervoor is een voorziening gevormd. De voorziening verliesgevende grondexploitaties (stand per 31-12-2016 € 5,5 miljoen) wordt in mindering gebracht op de boekwaarde.
De voorziening is contant gemaakt met de verwachte rentevoet. De voorziening zal in de komende jaren jaarlijks met de rentecomponent verhoogd worden om aan het einde van de looptijd het verwachte verlies te kunnen afdekken.
Specificatie grondexploitaties
(bedragen x € 1.000) | |||||||||
(1) | (2) | (3) lasten | (4) baten | (5=1+2+3-4) 31-12-2016 | geraamde lasten | geraamde baten | verwacht eindsaldo | NCW | |
Groep 1 | 86.147 | - 1.209 | 17.637 | 19.317 | 83.258 | 117.761 | 222.082 | v 17.540 | v 15.104 |
Groep 2 | 40.436 | 8.332 | 11.172 | 37.596 | 56.290 | 94.823 | v 650 | v 569 | |
Groep 3 | -2.068 | 1.404 | 274 | -390 | 4.528 | 11.235 | v 8.613 | v 7.472 | |
Groep 4 | -11.884 | 620 | 2.015 | -13.279 | 2.685 | 21.095 | v 30.118 | v 25.632 | |
112.631 | 195 | 26.863 | 32.504 | 107.185 | 181.264 | 349.235 | v 56.921 | v 48.777 |
In voorgaand overzicht zijn van de grondexploitatie de boekwaarden en de mutaties daarin weergegeven waarbij deze op basis van importantie voor onze stad en secundair op het risicoprofiel in vier groepen zijn onderverdeeld. Deze vier groepen zijn:
- Groep 1: Grondexploitaties met een hoge importantie en hoog risicoprofiel;
- Groep 2: Grondexploitaties met een hoge importantie en laag risicoprofiel (het ideale profiel);
- Groep 3: Grondexploitaties met een lage importantie en hoog risicoprofiel;
- Groep 4: Grondexploitaties met een lage importantie en laag risicoprofiel.
Per groep is tevens de verwachte eindwaarde en netto contante waarde aangegeven. Deze waarden zijn bepaald bij de herijking van de grondexploitaties ultimo 2016. Hierbij is een zo reëel mogelijke inschatting gemaakt van nog te maken kosten en opbrengsten, uitgezet in de tijd tegen verwachte kosten- en opbrengstenstijgingen. De resultaten die uiteindelijk werkelijk behaald zullen gaan worden, worden beïnvloed door vele factoren, waaronder conjunctuur, marktontwikkelingen en overheidsbeleid. Om eventuele risico’s in dit kader te kunnen opvangen is bij de herijking een berekening gemaakt van de benodigde weerstandscapaciteit. Hierbij zijn de specifieke projectrisico’s en marktrisico’s benoemd en gekwantificeerd. Bij de marktrisico’s is daarbij rekening gehouden met mogelijke rentestijging, opbrengstdaling en vertraging.
Het totale weerstandsvermogen van de gemeente is voldoende om de ingeschatte benodigde weerstandscapaciteit van € 26,2 miljoen op te kunnen vangen (zie paragraaf weerstandsvermogen).
Richttermijn maximale looptijd grondexploitaties 10 jaar.
De commissie BBV heeft de richttermijn voor de maximale looptijd van grondexploitaties gesteld op 10 jaar. Hiervan kan gemotiveerd worden afgeweken. Een gemotiveerde afwijking houdt in dat deze motivatie is geautoriseerd door de raad en verantwoord in de begroting en de jaarstukken. De motivatie moet tevens zijn voorzien van risico-beperkende beheersmaatregelen die de gemeente heeft genomen om de onzekerheden en risico's die gepaard gaan met de langere looptijd te mitigeren.
De grondexploitaties Meerhoven (t/m 2030) en Strijp-S (2027) hebben een looptijd langer dan 10 jaar. De raad heeft besloten om voor deze grondexploitaties gemotiveerd af te wijken van de richttermijn omdat voldoende risicobeperkende maatregelen zijn genomen die de onzekerheden en risico's gepaard gaande met de langere looptijd te mitigeren.
Voor verdere informatie over de grondexploitaties wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
Gereed product en handelsgoederen
De handelsportefeuille is met € 7,5 miljoen afgenomen voornamelijk door de verkoop van het TD gebouw..
Voor verdere informatie over de voorraden wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd van korter dan één jaar
Grondslag voor waardering
Uitzettingen worden onder aftrek van eventuele statisch bepaalde voorzieningen voor oninbaarheid (dubieuze debiteren) gewaardeerd tegen de nominale waarde
- Vorderingen op openbare lichamen
De vordering heeft voornamelijk betrekking op de met de fiscus te verrekenen BTW (waaronder de vordering op het landelijk BTW-compensatiefonds van € 31,7 miljoen).
Daarnaast staat er nog voor een bedrag van ongeveer € 8,7 miljoen open op het rijk, provincie, gemeentes en andere overheidsinstellingen.
- Overige vorderingen
Eind 2016 was de stand van de overige vorderingen € 44,9 miljoen. Dit is opgebouwd uit 3 soorten vorderingen, namelijk cliëntdebiteuren, belastingdebiteuren en overige debiteuren (zie ook onderstaande tabel). Inzake deze vorderingen is de inschatting dat niet alle bedragen ontvangen zullen worden.
Daarvoor is een voorziening dubieuze debiteuren opgenomen van € 17 miljoen. Dit resulteert in een netto bedrag van € 27,9 miljoen. De vorderingen op cliëntdebiteuren is opgebouwd uit diverse soorten regelingen, zoals bijstandsvorderingen, geldleningen, voorschotten en boetes. De aflossing is vaak verspreid over vele jaren vanwege de lage inkomens. De voorziening voor cliëntdebiteuren wordt berekent op basis van wel of geen aflossingsverplichting, lopende aflossingen en percentages per status van de vordering.
Door ondernomen acties is de oninbaarheid van debiteuren gedaald, wat tot uitdrukking komt in een lagere voorziening dubieuze debiteuren.
De vorderingen op de belastingdebiteuren zijn opgebouwd uit openstaande belastingaanslagen voor gemeentelijke belastingen. Alle vorderingen worden nauwgezet gevolgd en grotendeels via de eigen belastingdeurwaarders geïnd. Voor de belastingdebiteuren is vanuit het verleden geen voorziening opgesteld. De oninbare vorderingen worden jaarlijks rechtstreeks ten laste van de exploitatie gebracht.
De overige debiteuren bestaan uit vorderingen op basis van verhuur woningen of accommodaties, leges, vergunningen, grondverkopen, enz. Alle vorderingen worden permanent gevolgd en waar nodig doorgezet naar een gerechtsdeurwaarder of de eigen belastingdeurwaarder. Voor de overige vorderingen wordt jaarlijks een berekening opgesteld waarbij diverse groepen van vorderingen individueel worden ingeschat en aan de rest percentages zijn gekoppeld op basis van de ouderdom van de vordering.
Ook hiervoor is een voorziening gevormd voor oninbare bedragen.
(bedragen x € 1 miljoen) | ||||||
31-12-15 | 31-12-16 | |||||
Totaal debiteuren | Voorziening | Te ontvangen | Totaal debiteuren | Voorziening | Te ontvangen | |
Totaal | 51,6 | 14,1 | 37,5 | 44,9 | 17,0 | 27,9 |
Clientdebiteuren | 25,7 | 12,4 | 13,3 | 21,4 | 11,0 | 10,4 |
Belastingdebiteuren | 2,5 | - | 2,5 | 6,9 | - | 6,9 |
Overige debiteuren | 23,4 | 1,7 | 21,7 | 16,6 | 6,0 | 10,6 |
- Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Het saldo ‘overige uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar’ ultimo 2016 heeft alleen betrekking op verstrekte kortlopende leningen.
Liquide middelen
Grondslag voor waardering
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | |||
31-12-15 | 31-12-16 | ||
B12 | Totaal liquide middelen | 103 | 109 |
Kassen | 91 | 89 | |
Kruisposten | 12 | 20 |
De banksaldi per 31 december 2015 en 2016 zijn terug te vinden aan de passivazijde bij de netto vlottende schulden
Schatkistbankieren
Eind 2013 is verplicht schatkistbankieren voor decentrale overheden ingevoerd. Eindhoven heeft geen structurele tegoeden. Mocht een tijdelijk kasoverschot gemiddeld over een kwartaal boven de norm (€ 4,5 miljoen voor Eindhoven in 2016) uitkomen, moet dit afgestort worden bij de Staat. In 2016 is het saldo op de bankrekeningen onder de norm gebleven dankzij strakke sturing op de liquiditeitspositie.
(bedragen x € 1 miljoen) | ||||||
Schatkistbankieren | kw1 | kw2 | kw3 | kw4 | ||
Limiet (drempelbedrag) | 4,510 | 4,510 | 4,510 | 4,510 | ||
Gemiddeld saldo op bankrekeningen gedurende het kwartaal | 4,360 | 3,480 | 4,160 | 3,570 |
Specificatie per balansrekening - Overlopende activa
Grondslag voor waardering
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||||||||
31-12-15 | 31-12-16 | |||||||
B21 | Totaal overlopende activa | 18.217 | 19.565 | |||||
De voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, nog te ontvangen: | 7.225 | 6.631 | ||||||
| - | - | ||||||
| 2.723 | 2.469 | ||||||
| 4.502 | 4.162 | ||||||
Overige nog te ontvangen bedragen | 6.240 | 8.092 | ||||||
Vooruitbetaalde bedragen | 4.752 | 4.842 |
Het saldo van de voorschotbedragen inzake publiekrechtelijke lichamen ultimo 2016 heeft voornamelijk betrekking op nog te ontvangen subsidies van het Rijk en bijdragen van gemeenten.
Hierna volgt het verloopoverzicht inzake het jaar 2016.
Verloopoverzicht voorschotbedragen publiekrechtelijke lichamen
(bedragen in euro’s) | |||||
Het saldo | Toevoegingen | Ontvangen bedragen | Het saldo | ||
Totaal | 7.225.250 | 6.630.790 | 7.225.250 | 6.630.790 | |
Rijk | |||||
Belastingdienst inhuur en reintegratietrajecten | - | 63.915 | - | 63.915 | |
Ministerie BZK Inschrijvingen registratie niet- ingezetenen | 13.176 | - | 13.176 | - | |
Ministerie BZK Uitkering gemeentefonds | 941.613 | - | 941.613 | - | |
Ministerie I & M geluidswering | 312.306 | 312.306 | 312.306 | 312.306 | |
Ministerie SZW ESG | 86.400 | - | 86.400 | - | |
Ministerie VROM SISA E3 | 1.205.165 | 919.435 | 1.205.165 | 919.435 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 139.706 | 1.173.695 | 139.706 | 1.173.695 | |
Overige Nederlandse overheidslichamen | |||||
Gemeenten Jeugd DVO | 593.909 | 511.963 | 593.909 | 511.963 | |
Gemeenten Jeugdzorgplus | 3.695.649 | 3.553.811 | 3.695.649 | 3.553.811 | |
Gemeente Veldhoven HECS | - | 10.000 | - | 10.000 | |
MRE backbone/breedbandnetwerk | - | 23.165 | - | 23.165 | |
Provincie NBr Fieldlab Cycling Performance Centre | 40.000 | - | 40.000 | - | |
Provincie NBr Project BLV | 60.000 | - | 60.000 | - | |
Provincie NBr Holland Expat Center South | - | 62.500 | - | 62.500 | |
Provincie NBr subsidie CTO | 40.000 | - | 40.000 | - | |
Overige te ontvangen publiekrechtelijk | 97.326 | - | 97.326 | - |
De grootste posten bij de overige nog te ontvangen bedragen betreffen zorg (€ 1,2 miljoen) en gemeentelijke belastingen (€ 2,2 miljoen). Bij de vooruitbetaalde bedragen zijn dat de rente op de erfpachtconstructie met PSV (€ 1 miljoen), de inwonersbijdrage (€ 0,9 miljoen) en de betalingen aan crediteuren die per begin 2017 als dusdanig zijn gerubriceerd (€ 2,1 miljoen).
Specificatie per balansrekening – Vaste Passiva
Eigen vermogen/reserves
Grondslag voor waardering
Eigen vermogen wordt gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||
31-12-15 | 31-12-16 | |
B04 Totaal eigen vermogen | 238.668 | 184.781 |
Reserves Totaal | 222.812 | 204.422 |
Algemene reserves | 87.545 | 97.233 |
Diverse overige bestemmingsreserves | 134.490 | 107.189 |
Reserves t.b.v. investeringen/afdekken kapitaallasten | 777 | - |
Gerealiseerd resultaat | 15.856 | -19.641 |
De stand van de reserves is in 2016 met € 18,4 miljoen afgenomen tot een bedrag van € 204,4 miljoen.
In de staat van reserves (zie de bijlagen) is een volledig overzicht van de mutaties in de reserves en een bijbehorende toelichting opgenomen. Onderstaand zijn de reserves genoemd waarbinnen mutaties hebben plaatsgevonden groter dan € 5 miljoen.
(bedragen x € 1 miljoen) | ||
Omschrijving | mutatie 2016 | |
Reserve groot onderhoud | + 8,4 | |
Reserve Maatschappelijk nut in ontwikkeling | -/- 8,4 | |
Reserve sociaal domein | -/- 16,3 | |
Reserve Eigen Kapitaal | + 9,7 |
Voorzieningen
Grondslag voor waardering
Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||
31-12-15 | 31-12-16 | |
B05 Totaal voorzieningen | 65.536 | 56.445 |
Overige voorzieningen | 63.736 | 56.445 |
Onderhoudsvoorzieningen | 20.987 | 22.202 |
Risicovoorzieningen | 10.681 | 5.886 |
Overige voorzieningen | 6.841 | 4.985 |
Vervangingsvoorzieningen | 25.227 | 23.372 |
Onderwijsvoorzieningen | 1.800 | - |
Het saldo van de voorzieningen is in 2016 met € 9,1 miljoen afgenomen. In de staat van voorzieningen (zie bijlage) is een volledig overzicht van de mutaties in de voorzieningen en een bijbehorende toelichting opgenomen. Onderstaand zijn de voorzieningen genoemd waarbinnen mutaties hebben plaatsgevonden groter dan € 5 miljoen.
(bedragen x € 1 miljoen) | |
Omschrijving | mutatie 2016 |
Voorziening frictiekosten ombuigingen | -/- 3,9 |
Voorziening riolen | -/- 1,9 |
In de risicoparagraaf is vermeld dat Lidl twee claims heeft ingediend bij de gemeente. Een betrouwbare schatting van de hoogte van het bedrag kan nog niet worden gemaakt. Er is geen voorziening getroffen.
Vaste schulden
Grondslag voor waardering
Vaste schuldenworden gewaardeerd tegen de oorspronkelijke hoofdsom, verminderd met de gedane aflossingen.
Het saldo van de vaste schulden per 31 december 2016 bedraagt € 435,2 miljoen. In 2016 is per saldo voor € 18,7 miljoen aan nieuwe leningen opgenomen. De rentelasten van de vaste schulden bedragen € 9,3 miljoen voor het jaar 2016. Hierna volgt het gespecificeerde overzicht onderverdeeld naar opgenomen langlopende geldleningen, door derden belegde reserves en ontvangen waarborgsommen.
Verloopoverzicht vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer
(bedragen in euro’s) | |||||
Restantbedrag | Vermeerdering | Aflossing in | Restantbedrag | ||
B06 Totaal vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | 416.569.788 | 84.225.911 | 65.607.118 | 435.188.581 | |
Totaal onderhandse leningen | 414.527.380 | 84.200.000 | 64.184.932 | 434.542.448 | |
OL van binnenlandse pensioenfondsen en verzekeringsinstellingen | 1.436.910 | - | 332.441 | 1.104.469 | |
OL van binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 332.804.670 | 84.200.000 | 63.626.691 | 353.377.979 | |
OL van openbare lichamen | 31.685.800 | - | 225.800 | 31.460.000 | |
OL van buitenlandse instellingen, fondsen , banken, bedrijven en overige sectoren | 48.600.000 | - | - | 48.600.000 | |
Totaal door derden | 1.376.763 | 2.645 | 1.379.408 | - | |
Door derden belegde gelden | 1.376.763 | 2.645 | 1.379.408 | - | |
Totaal ontvangen waarborgsommen van derden | 606.757 | 23.266 | - | 630.023 | |
Ontvangen waarborgsommen van derden | 606.757 | 23.266 | - | 630.023 | |
Totaal overige vaste schulden | 58.888 | - | 42.778 | 16.110 | |
Overige vaste schulden | 58.888 | - | 42.778 | 16.110 |
Specificatie per balansrekening –Vlottende Passiva
Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Grondslag voor waardering
De netto-vlottende schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | |||
31-12-15 | 31-12-16 | ||
B13 | Totaal netto-vlottende schulden | 88.853 | 119.066 |
Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen | 15.000 | 12.000 | |
Overige kasgeldleningen | 27.000 | 50.000 | |
Banksaldi | 2.746 | 3.350 | |
Schulden aan publiekrechtelijke lichamen | 1.582 | 7.043 | |
Afdrachtposten | 11.807 | 12.220 | |
Overige schulden | 30.718 | 34.453 |
Overlopende passiva
Grondslag voor waardering
De overlopende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
(bedragen x € 1.000) | ||||||||
31-12-15 | 31-12-16 | |||||||
B22 | Totaal overlopende passiva | 96.407 | 91.791 | |||||
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen. | 49.713 | 49.659 | ||||||
De voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren, ontvangen van: | 44.294 | 38.066 | ||||||
| 78 | 40 | ||||||
| 27.612 | 35.892 | ||||||
| 16.604 | 2.134 | ||||||
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen. | 2.400 | 4.066 |
De grootste posten bij de verplichtingen betreffen nog te betalen rente op leningen (€ 3,3 miljoen) en het project Enigma (€ 1,5 miljoen).
De in de balans opgenomen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel worden als volgt gespecificeerd.
(bedragen in euro’s) | |||||
Het saldo | Ontvangen bedragen | Vrijgevallen bedragen/ terugbetalingen | Het saldo | ||
Totaal | 44.294.460 | 7.111.818 | 13.340.542 | 38.065.736 | |
Rijk/Provincie afwikkeling projecten MNIO 2013 | |||||
Fietsbrug Kennedylaan | 446.829 | - | 840 | 445.989 | |
Black Spot Montpellierlaan / Fransebaan | 256.575 | 577.966 | 369.756 | 464.785 | |
Geluidsbelastingkaarten | 112.868 | - | 5.053 | 107.815 | |
Geluidssaneringschermen | 279.840 | 423.278 | 121.159 | 581.959 | |
Landschapsontwerp Dommeldal / De Hogt | 952.939 | - | 42.325 | 910.614 | |
Ombouw bestaand trace naar slowlane norm | 134.000 | - | 4.680 | 129.320 | |
Plan van aanpak luchtkwaliteit | 6.844.762 | - | 3.799.273 | 3.045.489 | |
Rijk/Provincie afwikkeling projecten MNIO 2015 | |||||
Triangulum | 215.096 | - | 215.096 | - | |
Geluidssanering-gevel begeleiding | 379.289 | - | 379.289 | - | |
Uitvoering Brainport City | 117.733 | - | 117.733 | - | |
2e HOV lijn kruising Ring-Montgomerylaan | 627.180 | - | 627.180 | - | |
2e HOV lijn nog niet besloten | 976.954 | - | 149.321 | 827.633 | |
Rijk/Provincie afwikkeling projecten MNIO 2016 | |||||
Fietspad Bilderdijklaan | - | 152.182 | - | 152.182 | |
ESF J 2014-2015 | - | 2.183.493 | 1.345.958 | 837.535 | |
Maatregelen ov-concessie | - | 906.015 | 6.198 | 899.817 | |
Europa | |||||
Smart Culture projecten | 77.974 | - | 77.974 | - | |
Jeugdwerkloosheid | 107.500 | - | 107.500 | - | |
Zero Energy sportfacilities | - | 39.765 | - | 39.765 | |
Rijk | |||||
Min I&M Noordelijke aansluiting A2 | 14.784.335 | - | 2.459.369 | 12.324.966 | |
Min I&M Noord-Zuid Corridor | - | 768.651 | - | 768.651 | |
Min OCW Regionale Meld- en Coördinatiecentra | 489.130 | 15.022 | 169.112 | 335.040 | |
Min SZW bijdrage OCW | 64.000 | - | 64.000 | - | |
Min V&J Donkere dagen offensief | 236.434 | - | 173.937 | 62.497 | |
Min BZ regio Oost Brabant | - | 38.141 | - | 38.141 | |
Min V&J ex-gedetineerden | - | 42.923 | - | 42.923 | |
Min OCW Voortijdig schoolverlaten | - | 791.123 | - | 791.123 | |
Min SZW Expat Center South | 65.537 | - | 15.537 | 50.000 | |
Provincie Noord-Brabant | |||||
Innosportlab | 191.250 | - | 191.250 | - | |
Regeling goedkope koopwoning | 378.007 | - | 103.873 | 274.134 | |
Stadswoud | 357.213 | - | 357.213 | - | |
Start Foundation | 300.000 | - | 300.000 | - | |
Verkenning realisatie Backbone en breedbandnetwerk MRE | 5.000 | - | 5.000 | - | |
Mobiliteitsmanagement | - | 269.800 | - | 269.800 | |
Loket aangepast sporten regio | - | 9.795 | - | 9.795 | |
Gemeenten | |||||
Bijdrage BSGE | - | 4.221 | - | 4.221 | |
Netwerk DSO | - | 25.571 | - | 25.571 | |
Samenwerkingsverband Regio Eindhoven | |||||
Breedband Stedelijk Gebied | 1.411.540 | - | 455.443 | 956.097 | |
Groene Raamwerk | 13.156.795 | - | 350.793 | 12.806.002 | |
Metropool Regio Eindhoven acquisitie bedrijven | - | 267.000 | - | 267.000 | |
Overige vooruitontvangen publiekrechtelijk | 1.325.680 | 596.872 | 1.325.680 | 596.872 |
De grootste posten bij de overige vooruitontvangen bedragen betreffen bijdrage Internationale School (€ 1,9 miljoen) en rente inzake de erfpachtconstructie met PSV voor een bedrag van € 1,1 miljoen.
Niet uit de balans blijkende financiële verplichtingen
Hierna wordt inzicht gegeven in de financiële verplichtingen (afname/volume) waartoe de gemeente zich in 2016 of eerder heeft verbonden, welke doorlopen naar 2017 of later, groter zijn dan € 0,5 miljoen en niet op een andere wijze als schuld of voorziening in de balans zijn opgenomen.
Gewaarborgde geldleningen
De gemeente Eindhoven staat garant voor diverse instellingen voor de terugbetaling van door hen geleende gelden bij geldgevers. In de groep ‘Sport’ (zie specificatie) wordt een contragarantie gegeven door de Stichting Waarborgfonds Sport.
Hieronder volgt een overzicht van de geldleningen naar diverse groepen. Voor een verdere specificatie van de gewaarborgde geldleningen wordt verwezen naar de staat van borg- en garantstellingen in de bijlagen.
Overzicht gewaarborgde geldleningen
(bedragen x € 1.000) | |||
Restant per | Restant per | Mutatie 2016 | |
Totaal borgstellingen | 28.031 | 17.851 | -10.180 |
Woningbouwgaranties gemeente | 12.605 | 3.604 | -9.001 |
Gezondheidszorg | 6.580 | 5.484 | -1.096 |
Cultuur | 6.523 | 6.290 | -233 |
Sport | 1.102 | 1.344 | 242 |
Welzijn | 950 | 937 | -13 |
Overige gewaarborgde geldleningengaranties | 271 | 192 | -79 |
Voor de afdekking van het risico met betrekking tot de gewaarborgde geldleningen is een voorziening gevormd. De hoogte van deze voorziening ultimo 2016 is € 1,14 miljoen. Daarnaast is een separate voorziening gevormd voor het risico met betrekking tot verstrekte leningen aan derden (financiële vaste activa).In 2016 zijn geen garantstellingen ingeroepen.
Stichting Waarborgfonds Eigen Woning (Nationale Hypotheek Garantie)
Op 10 oktober 1993 is de gemeente een overeenkomst aangegaan om tot zekerheid voor de nakoming van de betalingsverplichtingen van de stichting jegens geldgevers achtergestelde, renteloze leningen aan de stichting te verstrekken..
In het 4e kwartaalbericht 2016 van het NHG van januari 2016 is gebleken dat het garantievermogen van het waarborgfonds in 2016 is gestegen naar € 966 miljoen als gevolg van het toegenomen aantal nieuwe garanties en een daling van het aantal verliesdeclaraties.
In de Liquiditeitsprognose 2016-2021 is dan ook de verwachting dat er geen aanspraak zal worden gemaakt op de achtervangfunctie van het Rijk en de gemeenten. Deze achtervangfunctie geldt alleen voor tot 1 januari 2011 afgegeven hypotheekgaranties. Vanaf deze datum staat het Rijk voor 100 % garant.
Factoren waar de prognose rekening mee houdt zijn de gunstige conjuncturele omstandigheden en een woningprijsstijging van circa 3 procent in 2017, lichtelijke dalende in jaren daarna.
Derivaat
De gemeente Eindhoven heeft in het verleden een lening (o/g) met een variabele rente afgesloten voor de herontwikkeling van Strijp S. In 2004 is besloten om de te betalen rente te fixeren door de aankoop van een renteswap (payer swap). De lening is afgesloten bij de Nederlandse Waterschapsbank (rating S&P: AA+/stable/A-1+); de swap is afgesloten bij de Deutsche Bank (rating S&P:A). De rente is voor de hele looptijd van de lening gefixeerd op 4,095%. Elk kwartaal betaalt de gemeente Eindhoven de contractueel vastgelegde variabele rente (3 maands Euribor) voor de lening aan de bank. In verband met de afgesloten swap betaalt de gemeente elk kwartaal het verschil tussen de variabele rente (3 maands euribor) en 4,095%. Per saldo betaalt de gemeente in totaal altijd 4,095% rente over de hoofdsom van de lening. De lening en de swap, met identieke hoofdsom, lopen beiden tot maart 2017. De actuele marktwaarde van de swap bedraagt € 77.252,18 per eind 2016. De bank (tegenpartij van de swap) heeft geen breaking clause (ontbindingsmogelijkheid) voor de swap.
De gemeente zal de swap aanhouden tot einde looptijd omdat deze gekoppeld is aan de lening. Dankzij de swap loopt de gemeente geen renterisico meer op de afgesloten lening.
Verlofaanspraken
Per 31 december 2016 is over 2017 en verdere jaren voor € 5,8 miljoen aan op te nemen verlofaanspraken opgebouwd.
Onderhanden claims
Gemeente Eindhoven heeft een aantal claims ontvangen welke onderhanden zijn. De financiële uitkomsten hiervan zijn niet bekend noch in te schatten en kunnen derhalve niet verwerkt worden in de jaarrekening.
Conform richtlijnen zijn deze wel nader toegelicht in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing zoals opgenomen in het jaarverslag.
Overige financiële verplichtingen:
- Langlopende huurverplichtingen in verband met gebouwen (onder andere Muziekcentrum, Pop Ei, Stadskantoor) voor 2017 € 4,6 miljoen, voor 2018 en 2019 getotaliseerd € 8,8 miljoen en € 31,9 miljoen voor de daarna volgende jaren;
- Meerjarige lease- en huurcontracten (zoals lease printers en programmatuur) bedragen voor 2017 en 2018 € 0,2 miljoen;
- Jaaroverschrijdende inhuurverplichtingen € 5,3 miljoen.
- Meerjarige verplichtingen die voortvloeien uit aanbestedingen € 130,5 miljoen (o.a. verduurzamen gemeentegebouwen en behoud en vergroting profiel ‘Eindhoven Lichtstad’)
- De gemeente heeft met het schoolbestuur (ISE) een leveringsovereenkomst afgesloten.
In de leveringsovereenkomst worden de afspraken tussen gemeente en school over samenwerking gedurende de aanbesteding, bekostiging van het project en de financiële risicoverdeling gedurende de 30-jarige looptijd van het DBFMO-contract (Design Build Finance Maintain en Operate) vastgelegd.
Hierin is ook opgenomen dat de gemeente garant staat indien de school niet meer aan haar verplichtingen kan voldoen.
- Een tweetal bruggen voldoen niet aan de huidige kwaliteitseisen, in 2016 zijn maatregelen genomen om de bruggen tijdelijk veilig te stellen. In de begroting voor de komende jaren zijn de kosten voor deze bruggen geraamd en zullen de bruggen worden gerenoveerd zodat ze weer voldoen aan de in de wet opgenomen kwaliteitseisen.
Niet in de balans opgenomen recht
Het project Brainport Industries Campus wordt gerealiseerd op zowel gemeentelijk als particulier terrein. Daar waar realisatie plaatsvindt op particulier terrein heeft de gemeente een faciliterende rol en kunnen plankosten (bijvoorbeeld voor het maken van een nieuw bestemmingsplan, het treffen van voorzieningen in de openbare ruimte en het aanleggen van nutsvoorzieningen) door middel van (anterieure) overeenkomst, worden verhaald op private ontwikkelaars. Voor 2017 en verder worden voor dit project nog € 4,8 miljoen aan kosten gemaakt welke verhaald kunnen worden.
Gebeurtenissen na balansdatum
Alle ten tijde van het opmaken van de jaarrekening beschikbare informatie omtrent de feitelijke situatie per balansdatum is bij het opmaken van de jaarrekening in aanmerking genomen en verwerkt.
Er hebben zich na het opmaken van de jaarrekening geen gebeurtenissen van betekenis voorgedaan die nadere informatie geven over de feitelijke situatie op balansdatum.